Wereldberoemd zijn is niet genoeg
Stel dat ING een nieuwe sponsoractiviteit zou zoeken om de naamsbekendheid te vergroten. Zou ik dan, net als begin 2000 opnieuw Formule 1 adviseren? De argumentatie was toen, dat het de meest bekeken sport ter wereld was. Als je wereldberoemd wilde worden, dan was dit veruit de beste manier.
Met 300 km per uur naamsbekendheid opbouwen
ING is vervolgens de koningsklasse van de autosport ingegaan en heeft inderdaad bereikt dat de naamsbekendheid is toegenomen. De organisatie is er echter een paar jaar later mee gestopt omdat het te duur werd. Als ING mij opnieuw zou vragen om iets te bedenken voor het vergroten van de naamsbekendheid, zou dat geen Formule 1 zijn. Zelfrijdende auto’s gaan er namelijk voor zorgen dat mensen op een bepaald moment niet meer weten wat zelf autorijden is.
Het ultieme autorijden met een biertje in de hand
Mensen en dan vooral mannen kijken naar Formule 1 omdat het de ultieme autobeleving is. De start… het stoplicht op groen… wie is het eerste weg. Je weet wat het is, want soms heel soms speel je dat spelletje ook op de openbare weg. Of net iets te hard door die scherpe bocht… en als je bij Duitsland de grens overgaat wil je toch weten hoe hard-ie echt kan. Om nog maar te zwijgen over de gewaagde inhaalactie, die je moest doen uit noodzaak. Het hart bonkt in je keel. In iedere man schuilt een beetje Ayrton, Michael of Lewis.
Iedereen met een auto kan zich dan ook voorstellen hoe machtig het moet zijn om je bolide met 300 kilometer over het rechte stuk te sturen, 50 meter voor de bocht af te remmen naar bijna nul en dan weer vol gas richting 100, 200 of 300 kilometer per uur. Het kijkplezier is helemaal compleet als Max de race wint, dan ben je bijna net zo trots als Jos. Anderhalf uur genieten van mannelijke bekwaamheid met een biertje in de hand. Maar als we niet meer zelf kunnen rijden, is het dan nog interessant om te kijken naar de ultieme autobeleving? Ik vrees van niet.
Bekend en betekenisvol
Formule 1 zou dus niet meer mijn oplossing zijn. Het zou iets heel anders moeten zijn. Geen sport en ook geen bestaand maatschappelijk doel. Ik zou adviseren om een eigen beursfonds op te richten, het ING Talent Fonds. Een fonds waar mensen (jong en oud) met talent zich kunnen aanmelden om alles uit hun gaven te halen. Dat fonds gaan we wereldwijd noteren aan alle financiële beurzen en mensen die in het fonds geloven, kunnen hierin investeren. Ze krijgen dan geen dividend in de vorm van geld, maar dividend in de vorm van ontwikkeling van talent. Want een ding weet ik zeker. We kunnen wel geloven in co-creating, maar uiteindelijk hebben we geniale mensen nodig die de wereld verder kunnen brengen. En wat is mooier dan als grote financiële instelling aan de basis te staan van een nieuw inzicht dat de mensheid verder brengt. Dan ben je niet alleen wereldberoemd, maar ook betekenisvol en volgens mij gaat het daar uiteindelijk om.